Brahman. Deel 1(1919)–J.A. Dèr Mouw– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 63] [p. 63] [Vizioen, hoe handen woelen in de wrong] Vizn, hoe handen woelen in de wrong Van vuurrood haar, en, twee hong'rige honden, Zoeken op vrouwelichaam, waar ze vonden Het heerlijkst vleesch - hier - daar - met gulz'ge sprong, En door de hersens 't bloed dreunt als een gong, En tanden, wreed, het druipend tandvleesch wonden, En de uren smelt tot dropp'lende sekonden Half bewust'looze wellust, tong aan tong - Laat weerlicht is 't van voorwereldsche orkaan, Dat van uit nevelkim op de oceaan Van eeuwen 't droomend Nu in vlammen zet; Ja: oerverleden, troglodytenbronst, Die laait voor de oogen en in de ooren bonst, Ejaculeert zich in dit geil sonnet. Vorige Volgende