Loreley(1882)–Pol de Mont– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 151] [p. 151] XV. ‘Wer reitet so spät?’.... Göthe. ‘Wie draaft daar zoo laat nog, in spokender jacht, aleen, door den donkeren zomernacht?’ - Een blinkende zeis in een knooklige vuist, een pikzwart kleed waar de wind in ruischt... De sterrekens pinken zoo vreemd, zoo hel - Hoerrah! Verliefden rijden snel! ‘Och neem mij met u, door den spokenden nacht! Och neem mij met u waar het bruidje me wacht! Mijn hert is dood, mijn licht is uit, och voer mij met u in den arm van mijn Bruid!’.... De sterrekens pinken zoo vreemd, zoo hel - Hoerrah! Verliefden rijden snel! ‘Och neem mij met u, door den spokenden nacht! De plankene kist is zoo donzig, zoo zacht! Daar leg ik voor eeuwig de hand in heur hand: Vereend in de Dood is de machtigste band!’ - De sterrekens pinken zoo wild, zoo hel - Hoerrah! de dooden rijden snel! Vorige Volgende