Hendrik Conscience. Zijn leven en zijne werken

[p. t.o. III]

IN ZIJNEN BLOEITIJD (1857).

[p. V]

 

Er vaart van ouds een wondersage

 

door heel het Dietsche land,

 

van Grevelingens Westerkusten

 

tot aan het Oostzeestrand.

 

Het land dat ligt, sinds lang verbrokkeld,

 

door storm en krijg uiteengeschokkeld

 

in statenrijken, groot en klein,

 

streng afgebakend op zijn plein....

 

Men voegt er bij, dat vooraleer

 

hij deze broeders scheidde,

 

de stamgeest, diep in ieder hert,

 

een looverzaadje leide.

 

Men voelt dit in de weelde niet,

 

wel in gevaren, krielen;

 

klinkt ooit des Toov'naars wonderlied,

 

dan rijpt het in de zielen!....

 

Zoo'n toovenaar was Maerlant nu,

 

was Vondel uitermaten:

 

Zij zongen Noord en Zuid bijeen

 

ook over grens en staten!...

 

 

 

C.J. Hansen, De Wonderman.

 

 

 

Car, de mourre-bourdoun qu'un pople toumbe eslau,

 

Se tèn sa lengo, tèn la clau,

 

Que di cadena lou deliéuro.

 

Fréderi Mistral,

 

Lis isclo d'or, ‘I Troubaire Catalan’.

[p. VI]

Bronnen.

H. Conscience, Omwenteling van 1830.

Max Rooses, Schetsenboek en Nieuw Schetsenboek.

G. Eeckhoudt, Henri Conscience.

Saint René-Tallandier, Revue des Deux Mondes van 1849, Tôme I, p. 869 (Belgische uitgave).

Ida von Düringsfeldt, Von der Schelde bis zur Maas Deel I.

Het Tijdschrift ‘de Vlaamsche School’, hoofdopsteller D. van Spilbeeck, in verschillige jaargangen.

Handschriften der verslagen over de zittingen van de geheime genootschappen ‘de Toekomst’ en ‘het Heilig Verbond’ (onvolledig).

Briefwisseling van Conscience met Jan van Beers.

Briefwisseling van Conscience met schrijver dezer levensschets.