Claribella(1893)–Pol de Mont– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 153] [p. 153] VII. Wáar zult Gij de zuchten leggen, die ik zucht voor U? Wáar mijn bange gedachten leggen, als ik vlucht voor U? Heb toch mededoogen: 't is zoo guur, zoo laat! Door de vuile, kille straat komen zij tot U gevlogen! Láat ze komen, láat ze zweven rond U, - láat ze zingen, leven rond U, vlinders teêr... Hul hen in uw blank gewaad, als Gij slapen gaat,... éens, en dan niet weer?... Wáar zult Gij de liedjes leggen, die ik zong voor U? [pagina 154] [p. 154] Waár zult Gij mijn zieltje leggen, want - ik schonk het U? Hul het, als Gij slapen gaat, hul mijn ziel in uw blank gewaad, als een heel klein wicht... Gun haar, tusschen het borstenpaar, 't warme, zoete plekje, waar men het hart voelt jagen; streel haar met uw hand - heel zacht, - dek haar met uw blonde vacht, laat haar rusten, slechts éen nacht, na zoo lange bange dagen... Sus in slaap haar lange pijn, zing heel teêr: ‘Suja, suja, zieltje mijn...’ Eéns, en dan niet weer?... Vorige Volgende