Claribella(1893)–Pol de Mont– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 13] [p. 13] I. Flos Veneris [pagina 14] [p. 14] For music is the food of love. Shakespeare. Plebeii, cedite, flores: Hortorum regina suos ostendit honores. Horatius. Me propria tinxit sanguine pulchra Venus. Jac. Loctius. [pagina 15] [p. 15] I. Niet dikwijls hoeft men saam te wezen, éen vluchtig oogenblik volstaat, om in een zusterziel te lezen het zoet geheim, dat niemand raadt. Weze ook de maagd nog eens zoo bloode, nog eens zoo stom de mannenmond, te weten, dat m' een zuster vond - daartoe is zelfs geen woord van noode. Een lonk, bij toeval weêrgeschonken, een groet, gewisseld op de straat, een snelle blos op 't bleek gelaat, een oogslag, waarin tranen blonken, [pagina 16] [p. 16] 't onmerkbaar trillen van een hand, die - onvrijwillig - de úw mocht raken, niets hoeft daar meer: twee harten blaken, bezaligd, in éenzelfden brand. Wie zulk een raadsel op mag klaren, vond vast der Wijsheid tooversteen, - geen stervling kan het openbaren, 't is heimlijkheid der heimlijkheên. Ontmoet de ziel hier soms een ander, die ze eens reeds minde in hooger spheer? En is 't een eeuwge wet, dat weêr zij zullen smelten in elkander? - Dit éene weet ik, dat geen zon, geen morgendauw, geen lenteregen, zulk licht, zoo'n frischheid schenken kon, als aan twee menschen zulk een zegen; dat slechts éen uur van zulke vreugd, - hoe vaak daarná ook tranen vlieten - meer duurzaam heil ons doet genieten, dan gansch een eeuw van zinsgeneucht. Vorige Volgende