[Koppiers, Aart of Artus]
KOPPIERS (Aart of Artus), ook Coppier(s), ged. in de Remonstrantsche gemeente te Rotterdam 7 Oct. 1723, overl. te Leiden 2 Sept. 1774. Hij studeerde te Leiden, en werd gereformeerd (hervormd) predikant te Giesendam en Neder-Hardinxveld 24 Nov. 1748, te Gorkum 7 Oct. 1759 en te Leiden 5 Sept. 1762. Zijn ouders waren Pieter Coppier en Hendrina Pot. Hij verdedigde zich tegen Jacob Groenewegen (zie dl. VI, kol. 638), die, blijkbaar op hem doelende had geschreven: Een opregt verhaal en een verdediging van het werk der overtuiging en bekering van zondaren, voorgevallen in de gemeente van Werkendam in 1751 en 1752 (Gorinch. 1752; herdr. Dordr. 1867). Koppiers schreef daarover in: Boekzaal (1752), 468-482 een ‘vinnige’ Verantwoording tegen den laster, hem opgelegd door den berugten Jacob Groenewegen. Laatstgenoemde gaf weer een Brief als tegenschrift uit (Gorinch. 1752). Koppiers huwde te Amsterdam 8 Nov. 1748 met Maria de Jongh.
Nog verscheen van Koppiers: Des Heeren bedreiging over Juda en Ephraïm, met een belofte.... (Gorinch. 1755).
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. woordenboek v. Protest. godgel. in Ned. III, 358; V, 227 v.; R. Arrenberg, Naamregister van Nederd. boeken tot 1787, 201; Brinkman's Catalogus (1850-82), 452; Kerkelijk Handboek (1907), Bijl., 114, 116, 131; E.A. van Beresteyn, Repertorium van gedrukte genealogieën.... (Haarl. 1933), 77.
Knipscheer