[Ducq, Johan le]
DUCQ (Johan le), dieren- en landschapsschilder en etser, is geb. in 1629 of 1630 in den Haag en overleden aldaar tusschen 21 Mrt. 1676 en 21 Febr. 77 ten gevolge van krijgsverwondingen. In 1659 op den 2en Jan. trad hij in het huwelijk met Geertruyt Sybilla Kerkhoff, doch in 1663 was hij gehuwd met Ida van Persijn. Zijn kinderen werden in den Haag gedoopt in 1665, 1667 en 1670. In 1655 wordt D. genoemd als haagsch schilder, hij nam ook een werkzaam aandeel in de oprichting van de kunstenaarsconfrerie in 1656 en werd 3 Dec. 1660 in het haagsche schildersgilde ingeschreven. Wij hooren verder, dat het gilde hem in 1662 den verkoop toestond van zijn koperplaten en prenten; in 1665 huurt hij een huis in den Haag. Terwijl hij in 1671 nog in het bestuur van het haagsche gilde zit, schijnt hij later militair geworden te zijn, in Mei 1672 wordt hij vaandrig genoemd. Zijn leermeester was Paulus Potter, doch zijn schilderijen doen meer aan K. Dujardin denken, die tegelijk met hem in den Haag woonde, doch in zijn landschappen is D. minder italianiseerend, zij doen meer hollandsch aan. De teekening zijner dieren is zeer nauwkeurig en natuurgetrouw. Zijn etsen (omstr. 14 stuks) stellen meest jagers en honden voor en dateeren uit 1661. In het Prentenkabinet te Dresden bevinden zich een aantal roodkrijtteekeningen van zijn hand. Hij wordt dikwijls verward met Jac. Duck.
Zie: A. von Wurzach, Niederländisches Künstlerlexikon I (1906), 434; U. Thieme u. F. Becker, Allgemeines Künstlerlexikon der bildenden Künstler X (1914), 44 (door K. Lilienfeld).
J.M. Blok