der Doopsgezinden gedoopt, zijn vrouw (wier naam niet genoemd wordt) den 7den April 1614. Uit het feit, dat zijn huwelijk te Amsterdam niet te vinden is, mag afgeleid worden, dat hij zich aldaar gehuwd kort vóór 1612 vestigde. Op 29 Nov. 1614 huurde hij als ‘Dirk Philipsz Gorter’ een molenwerf ter plaatsing van een grutmolen op het bolwerk genaamd Anjeliersbolwerk te Amsterdam tegen een huurprijs van ƒ 37 's jaars. Bij den doop op volwassen leeftijd te Amsterdam van zijn kinderen Jannetje en Cornelis (1633), was hij blijkbaar reeds overleden. Laatstgenoemde kreeg met Brechgen Cornelis. weduwe van Tymon Pietersz, in 1636 van de stedelijke regeering te Amsterdam het windrecht ‘voor haerl(ieder) grutmolen staande op 't bolwerk aen het Rijsenhooft’.
Het art. in dl. II, kol. 1268 omtrent Jan Philipsz Schabaelje kan nog als volgt worden aangevuld. Hij was niet geboren te Amsterdam doch te Zoutelande (volgens de huw.int.acte te Amsterdam dd. 18 Jan. 1629) omstreeks 1590 à 1595, huwde te Amsterdam den 20en Mei 1619 met Maritje Willemsdr, uit de Rijp, te Alkmaar wonende, en werd den 25sten Oct. 1620 te Amsterdam dienaar bij de Waterlandsche Gemeente; kort daarna verhuisde hij naar Alkmaar. Aldaar wonende, ondertrouwt hij te Amsterdam den 18en Jan. 1629 met Judith Lubbertsdr, eveneens wonende te Alkmaar. In 1648 kwam hij met zijn derde vrouw Griet Jansdr., met attestatie van Alkmaar, te Amsterdam terug.
Zie: Moes-Burger, De Amsterdamsche Boekdrukkers en Uitgevers in de Zestiende Eeuw III, 62, 92; Boekenoogen, Catalogus Doopsgezinde Bibliotheek, 233; Lidmatenboek der Waterlandsche Gemeente te Amsterdam (zg. Memoriaal voor Reinier Wybrandtsz in Doopsgezind Archief te Amsterdam); Huw. Int. Reg. van de Pui in het Amsterdamsch Gemeente Archief; G.J. Honig, De molens van Amsterdam in het Jaarboek Amstelodamum XXVII (1930), 93, 94.
Wijnman