deele voor de Nederduitsche vertaalt, met een bijvoegsel in de voorreden van 's mans leven, door P. Rabus (Rott. 1691; 2e dr. Amst. 1692; 3e dr. 1712). In 1693 gaf R. een bundel Zegen- en Vloekdichten uit alsmede de Colloquia Erasmi met Latijnsche aanteekeningen voor schoolgebruik. In 1696 verscheen anoniem Historie van den oproer, voorgevallen te Amsterdam. Zijn vroege dood, 13 Jan. 1702, belette den werkzamen man, een woordenboek in de nederduitsche sprake, waarmee hij in 1698 begonnen was onder den titel van Groot Naamboek, te voltooien. Daartoe door vrienden aangezocht, gaf de zoon in 1741 de in een bundel geordende gedichten van wijlen zijn vader uit: Gedichten van Pieter Rabus, bevattende Bibeldichten, heldendichten, verjaardichten en bruiloftsdichten. In 1698 gal R. op raad van eenige vrienden een vertaling (202 blz. groot) van een latijnsch werk van Christiaan Huygens: De Wereldbeschouwer of Gissingen over de Hemelsche Aardklooten en derzelver Cieraad (Rott. 1699), waarvan hij in de Boekzaal van 1678 een uittreksel had gegeven.
R. trouwde in 1684 met Elizabeth Ostens, die hem 2 dochters, jong overleden, en 2 zoons schonk, waarvan een, 22 jaar oud, overleed en de andere, Pieter, in 1713 te Leiden in de medicijnen ging studeeren.
Zijn portret, geschilderd door G. Sanders, bevond zich bij den heer Lund te Kopenhagen en is gegraveerd door J. Houbraken. Zijn portret, geschilderd door A. van Halen, in diens Panpoëticon Batavum in het Rijksmuseum. Gegraveerde portretten van J. Houbraken naar J.F. Bodecher, van J.G. Philips en P. Bouttats.
Zie: Groot Algemeen Woordenboek van D. van Hoogstraten en Jan Lodewijk Schuer (Amst., Utrecht, 's Gravenh. 1733); Witsen Geysbeek, Biogr. Anthol. en Crit. Wdb. (1824); J.B. Kan, Geschiedenis van het Erasmiaansch Gymnasium (Rott. 1884), 46, 113; Rotterdamsch Jaarboekje (1888), 33.
R. Zuidema