[Kuypers, Joannes]
KUYPERS (Joannes), geb. te Well in Jan. 1718, overl. te Wanssum 29 Mei 1798, zoon van Gerard K. en Aleidis Thijssen, was kapelaan te Blitterswijck 1740-47, priester gewijd in 1741, deservitor te Swolgen van Dec. 1746 tot 24 Juni 1747, toen hij aldaar pastoor werd. Als zoodanig verplaatst naar Meerlo, trad hij daar als pastoor op met St. Jansdag (24 Juni) 1754 en te Wanssum 24 Juni 1764. In 1782 was hij vice-decanus van het landdekenaat Kessel en, na het overlijden in 1783 van Joannes Baptista Alberts, pastoor van Horst, landdeken van hetzelfde district. Ook was hij te Wanssum meerdere jaren rentmeester van het adellijk huis Blitterswijck geweest. Bij den eersten inval der Franschen in deze gewesten, wilde hij zijn geld voor dezen in veiligheid brengen; hij werd echter door de fransche soldaten aangehouden, in het schoollokaal van Wanssum gebracht en van alles beroofd.
Zijn geschilderd portret bevindt zich op de pastoriën van Wanssum en Meerlo.
Zie: Jos. Habets, Geschiedenis van het bisdom Roermond III, 201; Maasgouw (1907), 91, (1909), 74.
Verzijl