Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9
(1933)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 464]
| |
Hij schreef tegen Coccejus (zie dl. I, kol. 616). Duker noemt hem een ‘libellist’ die in zijn Sententia Sociniana de sabbato.... (1659) zijn tegenstanders van socinianisme beschuldigde ‘zóó hatelijk en tegelijk dwaas’, dat Coccejus zich gedrongen gevoelde, daartegen te schrijven: Johannis Cocceji .... Indignatio adversus personatum Nathanaelem Johnsonum. Ook Abraham Heidanus (zie dl. VII, kol. 587) gaf in 1659 vijf disputaties daartegen in druk onder den titel: Fasciculus disputationum theologicarum de Socinianismo .... De Bie en Loosjes kennen een doctor Paschasius, die van 1643 tot zijn dood in 1670 als predikant te Ankeveen heeft gestaan en mogelijk de door Vriemoet bedoelde kan zijn. Er is ook een Johannes Paschasius uit Amersfoort in 1659 als theol. cand. te Leiden ingeschreven, die daar 11 Juli van dat jaar promoveerde De Dei providentia. Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenboek v. Protest. Godgel. in Ned. IV, 549; Kerkelijk Handboek (1908) Bijl., 104; A.C. Duker, Gisbertus Voetius II (Leid. 1910), 218 v.; J.I. van Doorninck, Bibliotheek v. ned. anonymen en pseudonymen ('s Gravenh. en Utr. [1870]), 178, no. 1744; dezelfde, Vermomde en naamlooze schrijvers (Leid. 1883), I, kol. 302; W.J. Kühler, Het socianianisme in Ned. (Leid. 1912), 225-227; Bronnen gesch. leidsche univ. uitg. d.P.C. Molhuysen, III (Rijks gesch. publ. 38). Knipscheer |
|