[Heemskerck, Gerrit van (1)]
HEEMSKERCK (Gerrit van) (1), bewoonde in het midden der dertiende eeuw het huis te Heemskerk. Genealogieën beweren, dat zijn vader Hendrik heette, doch dit wordt niet door oorkonden gestaafd. Toen graaf Willem, de Roomsch-koning, zich begon voor te bereiden om de Westfriezen tot onderwerping te brengen, bouwde hij (waarschijnlijk aan het huis te H. verbonden, of er dichtbij) een ronden burcht, naar men zegt oorspronkelijk 9 verdiepingen hoog, en droeg het bevel daarover, benevens het baljuwschap over geheel Kennemerland met een jaarlijksche inkomste van 3 ponden, op aan heer Gerrit van Heemskerk. Dit zou in of omstreeks 1252 zijn geschied. Op den 11. Mei 1254 leverde deze G.v.H. een scheepsstrijd op de uitgestrekte wateren, die destijds het noordelijk deel van Kennemerland van West Friesland scheidden, waarbij de Westfriezen 5000 man aan dooden en gevangenen moeten verloren hebben. Daardoor werd de weg gebaand voor den opmarsch van de hoofdmacht van 's graven leger, dat enkele dagen daarna haar legerkamp bij Vronen opsloeg en waar door Willem II verschillende bestuurszaken, deze streken betreffende, werden geregeld.
Als baljuw van Kennemerland werd Gerard opgevolgd door een jongeren bloedverwant, Arnoud van H., die hier voorgaat.
Zie: H.J. Koenen, Het Gesl. van Heemskerk in Wapenheraut VII, 230.
Regt