sedert 14 Juli 1593. Toen 1 Sept. 1558 kanunnik Lambertus Munten (vgl. vorig artikel) in zijn testament zijn huis ‘op dat Clooster’ te Aken aan hem vermaakte, zegt hij o.a. daarin: ‘in den mijn neve van Gaver hier canoninck blijfft ende resideren wilde ende des begheert soe laet ik hem dat (huys) voor vyfhondert goltgulden.’ Hieruit blijkt dat Conrard ook eenigen tijd kanunnik te Aken is geweest. In het testament zijner ouders, die hem o.a. het vruchtgebruik van alzulke renten en goederen, door kanunnik Munten aan Conrards moeder nagelaten, vermaakten, wordt hij ook aartsdiaken van Arnhem ‘in der kercke van Utrecht’ genoemd. Hij noemde zich heer van Heetveld, Elsloo, Diepenbeek, St. Achtenrode, Hamal en Peer. Hij kocht in 1583 van de abdij van Floreffe haar aandeel in de tienden van Elsloo. Met Elsloo en Geul was hij 14 Mei 1590 na den dood van zijn broeder Nicolaas beleend geworden; Geul verkocht hij aan zijn neef Wolter van Hoensbroeck (vgl. artikel), die 14 Mei 1594 de beleening daarmee ontving. Conrard schonk gedurende zijn leven een glasraam, waarop zijn vier wapenkwartieren waren afgebeeld, aan het klooster der waalsche Jezuïeten te Luik. Deze kwartieren vindt men eveneens op zijn graftombe in de crypte der kathedrale kerk van St. Martin te Luik. Hij had tot zijn universeelen erfgenaam aangesteld zijn neef Charles van Gavre (of Gaveren), ridder, heer van Frésin, Elsloo enz. (daarmee beleend 27 Aug. 1603) die in 1611 op 86-jarigen leeftijd overleed en gehuwd was met Margaretha van der Marck, dochter van Jan, heer van Lumaing.
Zie: de Theux, Chapitre de Saint Lambert à Liège III, 98; Thys, Chapitre de Notre Dame à Tongres II, 48; F.V. Goethals, Dictionnaire généalogique et héraldique des familles nobles du royaume de Belgique II (Bruxelles 1849), 398-400; M.J. Wolters, Recherches sur l' ancien comté de Gronsveld et sur les anciennes seigneuries d' Elsloo et de Randenraedt (Gand 1854), 158; Jos. Habets, De leenen van Valkenburg in Publ. de la soc. hist. et arch. dans le duché de Limbourg XXI (1884), 254; J.L. Meulleners, De Antwerpsche bankier Erasmus Schetz en zijne geassociëerden Jan Vleminck en Arnold Proenen in hunne betrekking tot Maastricht en Aken in Publ. etc. XXVII (1890), 315-316; dez., Testament van den kanonik Lambertus Munten te Aken (1558) in Maasgouw (1887), 106-110; L. de Crassier, Dictionnaire historique du Limbourg Neerlandais in Publ. de la soc. hist. et arch. dans le Limbourg LXVII (1931), 79, 116.
Verzijl