Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 8
(1930)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 1264]
| |
dent ingeschreven 13 Sept. 1790, en promoveerde aldaar in de medicijnen 22 Sept. 1792 op stellingen. Hij zette zich als geneesheer te Zwolle neder en kreeg spoedig een groote praktijk. In het bijzonder maakte hij werk van de koepokinenting en. toen door de zorgen van Dr. P.J. Groen van Prinsterer (dl. I, kol. 977) was bepaald, dat de geneesheeren, die in het afgeloopen jaar de meeste inentingen verricht hadden, een gouden medaille ter waarde van 10 dukaten zouden ontvangen, werd hem bij koninklijk besluit van 3 Aug. 1818 tegelijk met 27 anderen deze medaille verleend. Ook later heeft hij herhaaldelijk dergelijke medailles ontvangen. Deze maatregelen hebben veel bijgedragen tot het doen verdwijnen van de kinderpokken. Ramaer was te Zwolle zeer geacht, hij werd in Dec. 1815 tot lid van den stedelijken raad benoemd en door dezen 1 Juni 1820 gekozen tot lid der Provinciale Staten van Overijsel. Hij bleef een en ander tot zijn overlijden. Hij huwde Apr. 1797 Helena Lindenhof, geb. 8 Jan. 1777, overl. 9 Mrt. 1832, bij wie hij 4 zonen, waarvan 2 jong stierven, en 6 dochters had. Ramaer |
|