gekozen partij te zien zegevieren. Toen na het afsterven van keizer Hendrik V. op 23 Mei 1125 te Utrecht, Lotharius van Saksen en Koenraad van Hohenstaufen, elkaar de keizerskroon betwistten, koos Walram de zijde van den eerste. Deze droeg hem als belooning de waardigheid van hertog van Neder-Lotharingen en van markgraaf van Antwerpen weder op; hij kwam daardoor in strijd met Godfried met den Baard, op wien hij 7 Aug. 1130 in den slag bij Wilder een groote overwinning behaalde, maar die zich, na zijn verzoening met Lotharius, als hertog wist te handhaven. Na den dood van Lotharius (3 Dec. 1137) verzoende Walram zich met Koenraad van Hohenstaufen. Walram bevorderde omstreeks 1134 de stichting van de abdij van Everbode of Averbode in de Brabantsche Kempen en begiftigde de abdijen van Stavelot,Steinfeld, Kloosterrade en Orval. Hij was gehuwd met Judith van Gelder (overl. 24 Juni 1151, begr. in de abdij Kloosterrade of Rolduc), dochter van Gerard II, graaf van Gelder en van Ermgarde van Zutphen, die hem de volgende kinderen schonk: Hendrik II (zie eigen artikel), Walram, graaf van Arlon (overl. in 1146), Gui, kanunnik en diaken van St. Lambert te Luik, Gerard, heer van Wassenberg (overl. 1153), Beatrix, gehuwd met Rupert graaf van Laurenberg, (overl. 1147) en Adelheid, gehuwd met Egbert graaf van Tecklenburg.
Zie: P.H. Witkamp, Geschiedenis der zeventien Nederlanden II, 372-374; S.P. Ernst, Histoire du Limbourg III (1839) 1-82; A. le Sage, Atlas historique chronologique et généalogique (Bruxelles 1827) tafel XIX.
Verzijl