de editie van Plantijn 1581 werden herdrukken uitgegeven: Keulen, 1581; Frankfort, 1591 en 1593, 1598 1604, 1611, 1655 en Leiden 1666.
De provinciale bibliotheek te Middelburg bezit van dit werk negen verschillende uitgaven.
Dit werk van Lemnius is geplaatst op de spaansche lijst der verboden boeken van Quiroga 1583/84, met een ‘donec corrigatur’. Deze lijst was verplichtend voor Spanje en de Nederlanden; zie Reusch, Der index der verb. Bücher (Bonn 1883) I, 497. Zoo kwamen al zijn werken op den spaanschen index. Alleen het werk over de Astrologia werd on bepaald toegelaten. Een heele bladzijde in folio is gewijd aan de verbeteringen en uitlatingen aan te brengen in de andere werken van Lemnius, in: Ant. a Sotomajor, Index librorum prohibitorum et expugnandorum novissimus pro catholicis Hispaniarum regnis Phil. IV (Madr. 1667), 756. Daarna kwam alleen het werkje De miraculis occultis naturae op den roomschen index (Index Tritinus, appendix). Men vindt het nog met ‘donec expurgetur’ op den Index van Paus Alex. VII (Romae 1667) 80, 176, van Paus Benedictus XIV (Rom. 1758) 136, van Paus Pius IX (Rom. 1879) 179. Sinds het verschijnen van den herzienen Index van Paus Leo XIII (Rom. 1900) is het met vele andere werken weggelaten. De bibliotheek der abdij te Bornhem bezit een exemplaar van De miraculis occultis (Antw. 1574), waar alles geschrapt is en de aangegeven hoofdstukken uitgescheurd zijn, zooals de Index Hispanicus voorschrijft. Evenveel opgang als De miraculis had zijn boekje over de planten en boomen, die voorkomen in den bijbel. Het werd herhaaldelijk gedrukt.
Similitudinum ac Parabolarum, quae in Bibliis ex herbis atque arboribus desumuntur dilucida explicatio: in qua narratione singula loca Explanantur, quibus Prophetae, observata stirpium natura, conciones suos illustrant divina oracula fulciunt. Levino Lemnio Sacrarum litterarum studioso auctore (Antv., G. Simon 1569). Paquot zegt, dat aan Lemnius de kennis der oostersche talen ontbrak en hij niet genoeg op de hoogte was met de voortbrengselen en toestanden in het Oosten, om een degelijke beschrijving te geven. Daar zijn boekje het eerste was, dat de planten, welke in den bijbel vermeld worden, bespreekt, werd het veel gelezen en gedrukt en ook in andere werken opgenomen. Het verscheen Erfort 1581, Lugd. 1588, 1595, Frankfort 1591, 1596, en met andere werken 1608 en 1626. Het is ook gedrukt met de Philosophie sacrée van Fr. Valesius (Lugd. 1595, 1622, 1652, Antw. 1652.) Het werd vertaald in het Fransch, Paris 1577, en in het Engelsch door Thomas Newton, Oxford 1587. Het werkje is opgedragen aan den abt van Sint Bernard aan de Schelde, Thomas van Thielt, nonis maij 1566. Persoonlijk kende Lemnius den abt niet, maar door beider vriend, Jacob Suys heer van Grysoirt was hij hem niet vreemd. De abt verliet zijn abdij en het katholiek geloof om een vrouw te huwen, Aug. 1567 (dl. II, kol. 1433). Desniettegenstaande werd de opdracht opgenomen in de uitgave van 1569 (exempl. in de Prov. bibl. te Middelburg, waar geen uitgave van 1566 aanwezig is, welke waarschijnlijk niet bestaat).
I. le Long, Bibliotheca sacra (Par. 1723) 825 maakt ten onrechte van dit eene werkje twee verschillende met afzonderlijke titels en onjuiste data: Explícatio parabolarum desumptarum ex herbis quae in sacris litteris extant (Antv. 1565); De plantis et arboribus quae in sacris Bibliis occurrunt (Antv. 1568). In het groote herhaaldelijk herdrukte werk van den geleerden Jezuïet P. Jac. Tirinus (overl. te Antw. 1636), In universam