[Hoop, Taedse Jakles de]
HOOP (Taedse Jakles de), geb. te Workum 10 Jan. 1753, overl. te Zaandam (Westzijde) 20 Sept. 1838. Zijn vader had te Harlingen een houtzaagmolen ‘De Hoop’ genoemd. Hij studeerde aan het doopsgezind seminarium te Amsterdam en werd 24 Aug. 1777 doopsgezind predikant te West-Zaandam. Tegen het einde van 1837 legde hij zijn ambt neer. Zijn ambtgenoot B. de Geuns (zie aldaar in dit decl) schreef een lijkrede op hem. Hij schreef anoniem: Uitbreiding over den brief aan de Galaten (West-Zaandam 1810).
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. van Prot. Godgel. in Ned. IV, 269 v.; Alphabetische
naamlijst van boeken enz. (1790-1831), 612; Catalogus Bibliotheek Ver. Doopsgez. Gem. te Amst. II (Amst. 1888), 255, hetz. (Amst. 1919), 323; Naaml. der Doopsgez. gemeenten.... (Amst. 1815), 84, (Amst. 1829), 80; Jaarboekje der doopsgez. gem. (Amst. 1837), 20 (Amst. 1840), 18.
Knipscheer