Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 8
(1930)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 680]
| |
Martin d'Ackegem (provincie Oost-Vlaanderen), gedoopt 24 Aug. 1757, overl. te Gent 17 Jan. 1826. was de zoon van Pierre Emmanuel Joseph baron d' Hane de Steenhuyse en Colette Thérèse de la Villette. Hij werd als lid der Staten van Vlaanderen met den advocaat Gijselinck in 1789 aangewezen als afgevaardigde naar Breda om met afgevaardigden der nederlandsche algemeene Staten te onderhandelen over een verbond, waarvan evenwel niets gekomen is. Hij was lid van de vergadering te Brussel, waar 11 Jan. 1790 een verbond onder van der Noot en van Eupen tegen keizer Joseph II gesloten werd. Deze beweging ging teniet toen deze onverwacht stierf en zijn opvolger Leopold II gematigd optrad. Van 1806 tot 1813 was d'Hane lid van den conseilgénéral de préfecture van het departement Escaut. De koning van Westfalen Jéròme heeft in 1811 bij hem gelogeerd. In Febr. 1814 werd hij door het te Brussel gevestigd voorloopig bestuur der zuidelijke Nederlanden benoemd tot intendant van genoemd departement, een betrekking, gelijk staande met die van gouverneur (h.t.l. commissaris der provincie) thans. Als zoodanig heeft hij in zijn ambtswoning, tijdens Napoleons zegetocht van Elba naar Parijs, den naar Gent gevluchten koning Lodewijk XVIII van 22 Maart tot, 22 Juni 1815 gehuisvest. Het gevolg des Konings was slechts voor zooveel het onmiddellijk voor diens dienst noodig was, in de ambtswoning ingekwartierd. De kosten zijn d'Hane waarschijnlijk van rijkswege vergoed. Toen er in plaats van de intendanten 1 Sept. 1815 gouverneurs aangesteld werden, werd d'Hane als intendant ontslagen en tegelijk benoemd tot lid der Eerste Kamer. Dit bleef hij tot zijn overlijden. Hij werd in 1783 graaf. Hij huwde 29 Maart 1783 Marie Madeleine Isabelle markiezin Rodriguez de Evora y Vega, gedoopt 1 Nov. 1760, overl. 11 Juli 1842, bij wie hij 6 zonen en een dochter had. Ramaer |
|