[Gennep, Arnoldus van]
GENNEP (Arnoldus van), geb. te Gorinchem 12 Maart 1697, overl. te Eten (?) 25 Oct. 1757. Zijn ouders waren Cornelis van Gennep en Elisabeth van den Burggraaff. Hij studeerde te Leiden in de godgeleerdheid, en werd predikant te Eten en Drongelen 22 Aug. 1723; emeritus 1755. Op 31 Oct. 1724 is hij gehuwd met Theodora van Brandwijk (geb. 23 Jan. 1704). Zij hadden elf kinderen. Hij schreef: Kerkelijke pligtplegingen op bijzondere tijd toepasselijk.... (Gor. 1738); Versaameling van uitgelezene keurstoffen.... (Amst. 1742); Het hertnypent en besmettelijk sterven onder het Rundt-vee... (Breda 1745); Innig Rouwgewaat.... over het afsterven van Willem Carel Hendrik Friso (7 Nov. 1751) (Gor. 1751; herdr. 1752); Gedenkteken van verscheide merkwaardige wonderen en gebeurtenissen.... boet-, dank-, lijk- als andere predikatien door E. Metelerkamp, A. van Gennep, enz. (Amst. 1754); Onpartijdig en onzijdig opstel ter gelegentheit van een verschilstuk tusschen J. Schrassert (zie dl. I. kol. 1460 v.) en J. Lulofs (Dordr. 1743).
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenboek van Protest. Godgel. in Ned. III, 213 v.; R. Arrenberg, Naamregister van nederd. boeken tot 1787, 188.
Knipscheer