[Falck, Otto Willem (1)]
FALCK (Otto Willem) (1), geboortig uit OostFriesland 1679, overl. te Utrecht 1730. In de 18de eeuw was hij de eerste van zijn geslacht, die in staatschen dienst trad als commandant van een regiment deensche of oldenburgsche hulptroepen tijdens den spaanschen successie-oorlog. Kort na het einde van den krijg, nadat hij in 1712 gepensionneerd was, vertrok hij met de zijnen uit Larrelt in OostFriesland naar Utrecht. Na zijn dood kon zijn weduwe slechts met inachtneming van de grootste zuinigheid in de behoeften van het talrijke gezin voorzien. Gelukkig kreeg zij ruime vergoeding voor de opvoeding van den jongen Iman Willem, die voorgaat, wiens ouders op Ceilon zeer welgesteld waren, zoodat Otto Willem (2) die volgt, kind van haar tweeden zoon Ant. Reinh., er ook nog een bescheiden plaatsje kon vinden.
In 1709 was Otto Willem (1) getrouwd met Constantia Maria (of Margaretha) Meinertzhagen, geb. te Keulen 1684 (of 1685), gest. te Utrecht Jan. 1764, dochter van Isaac (1648-1710) en van Maria Elisabeth Rademachter, overl. 1712. Deze Isaac was de zoon van Johann (1601-1672) en van diens tweede vrouw Helena von den Enden (1619-1675), beiden te Keulen geboren. Uit het huwelijk van Otto Willem sproten 13 kinderen: 1) Maria Anna, resp. gehuwd met H. Stockvis, den brigadier Sayer en Ds. Sibrandus Columba (zie dl. IV, kol.44); 2) Frans Willem; 3) Anton Reinhard; 4) Werner Daniël, jong gestorven; 5)George Tammo; 6) Karel Gustaaf; 7) Aletta Helena, jong gest.; 8) Constantia Amelia, geh. met Hendrik Opmeer en Adriaan Bisdom, sedert