[Curtenius, Petrus]
CURTENIUS (Petrus), geb. te Amsterdam 7 Dec. 1716, overl. te Loenen 3 Aug. 1789. Hij was een zoon van den heelmeester Petrus Theobald Curtenius. Hij studeerde te Amsterdam in de godgeleerdheid, werd predikant te Durgerdam 29 Nov. 1739, te Deventer 15 Oct. 1741, te Gouda 28 Dec. 1746, hoogleeraar te Amsterdam 21 Oct. 1754. Zijn inauguratierede was De sacro codice unico verae sapientiae fonte, vertaald als Inwijingsrede over het godlijk bijbelboek, als de eenige bron der waare wijsheid, gedrukt achter Intreede en afscheid te Gouda (Amst. 1755). Te voren, 11 Sept. 1754, werd hij doctor in de theologie te Leiden, ingeleid door Johannes Alberti (zie dl. I, kol. 58-60). Bovendien deed hij intrede als predikant te Amsterdam 12 Maart 1755, welke intreerede verscheen als De vreeze des Heeren het beginsel der wijsheid (Amst. 1755). Te Loenen overleed hij op zijn buitenverblijf. Jacob van Nuys van Klinkenberg hield 16 Nov. 1789 een lijkrede op hem; deze oratio funebris werd vertaald als Lijk- en Lofreden, ter gedachtenis van.... P. Curtenius.... (Amst. 1790). Curtenius was een Coccejaan, en schreef: Leerredenen over den Heidelb. Katechismus, vier deelen (Leid. 1790-1793); Mozes testament en liet.... twee deelen (Amst. 1755-62)....; De zwaarste plaatsen der brieven van Paulus... (Amst.1766); II (Amst. 1767); III (Amst. 1773); IV (Amst. 1777); Der Ephezeren geluk met dankzegging erkend.... (Amst. 1770); De gelukkige uitkomst der godlijke kastijdingen.... (Amst. 1783); De gelijkenis der wijze en dwaze maagden (Amst. 1786).
Zijn portret is gegraveerd door J. Houbraken (1756) naar het schilderij van J.M. Quinckhard (1756) in de universiteit te Amsterdam,
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woor-