[Pelt, Johannes Antonius van]
PELT (Johannes Antonius van), Peltanus, van Peelt, norbertijn der abdij St. Michiel te Antwerpen, naar zijne geboorteplaats Overpelt in Limburg genaamd, werd 4 Jan. 1605 door den bisschop J. Miraeus aangesteld als pastoor van Sprundel en tevens ook belast met Ruckven, waar de pastorij ledig stond. Tegelijkertijd was hij pastoor van Meer. Hij werd aldaar benoemd 15 Dec. 1605 en 28 Dec. geïnstalleerd. Hij liet zijne parochie Meer door een plaatsvervanger besturen en overleed aldaar aan de pest 20 Sept. 1606. Hij was een geleerd man en dichter, had den graad van baccalaureus in de theologie en was gedurende eenige jaren lector der philosofie en theologie in de abdij. Hij bekleedde ook het ambt van prior. Foppens, Bibl. Belgica I, 564. vermeldt eenige werken van hem, die echter niet gedrukt zijn: Commentaria in varias quaestiones, partes II et III. Summae D. Thomae; Vita S. Norberti versibus elegiacis; Mysteria Dei-hominis, in verzen.
Zie: Krüger, Gesch. bisdom Breda III; Goovaerts, Ecrivains de l'ordre de Prémontré II, 26; Bijdr. Gesch. Brabant VIII (1909), 508, X, 284.
Fruytier