1795 te 's Gravenhage behoorde Steyn Parvé tot het z.g. ‘Committé revolutionair’ en nam bij dat comité een vooraanstaande plaats in. In het laatst der 18e eeuw was hij lid van het dichtlievend genootschap ‘Kunstliefde spaart geen vlijt’; in de door dit genootschap uitgegeven Poëtische Mengelstoffen vindt men van Parvé een dichtstuk De Armoede.
Hij huwde te 's Gravenhage 29 Nov. 1784 Ida Jacoba Brouwer (1759-1828), dochter van Gerardus en van Catharina Heuvels. Uit hun drie zoons spruiten even zoovele takken van het gesl. Parvé. De oudste zoon Jan Adriaan, secr. der weeskamer te Batavia, huwde met A.G. Couperus, uit wie een zoon Daniël Couperus S.P. volgt; een andere zoon was Daniel Jan, wiens zoon Danïel Jan (2) hier volgt.
Zie: v.d. Aa, N.B.A.C. Woordenb.; Nederl. Patriciaat II, 398; Die Haghe, (1908) 218, 219.
Regt