[Jager, Herbert de]
JAGER (Herbert de), beroemd oriëntalist, geb. te Zwammerdam 1636 of 1637, gest. te Batavia 6 Jan. 1694. Boerenzoon, studeerde hij met een beurs te Leiden theologie 1657-62, ook mathesis, botanie, astronomie en oostersche talen (onder Golius), werd echter geen predikant in O.I., zooals het plan was, maar vertrok Nov. 1662 naar Java om benoemd te worden tot rector der te Batavia op te richten latijnsche school. Hij werd er echter eerste klerk op het kasteel, was in dienst der O.I.C. 1666-70 in Perzië, 1670-80 aan de kust van Coromandel, leerde daar Perzisch, Sanskrit, Tamil, enz. 7 Nov. 1680 te Batavia terug, onderwees hij predikanten in Arabisch en Maleisch, studeerde ook Javaansch. Eind 1683 ging hij weder naar Perzië, toegevoegd aan den commissaris aldaar der O.I.C.; hij kwam 18 Jan. 1687 terug te Batavia. Daar studeerde hij verder, vooral in oostersche talen, maar werd spoedig ziek van lichaam en geest en stierf half krankzinnig. Zijn boeken enz. werden gecatalogiseerd en daarna verkocht. Eenige zijner mss. kwamen te Londen terecht; enkele zijner brieven werden in Duitsch en Latijn vertaald en resp. 1704 en 1716 gedrukt, maar vele zijner boeken en geschriften bleven totnogtoe zoek, al zijn zij Aug. 1695 door de O.I.C. te Amsterdam in ontvangst genomen.
Vgl. over hem: Encyclopedie v. Nederl. Indië II, 177, waar uitvoerig artikel van Rouffaer.
Blok