[Ittersum, jhr. Jasper Gerrit van]
ITTERSUM (jhr. Jasper Gerrit van), heer van het Reelaer, geb. op den huize Oosterhof bij Rijssen 28 Maart 1745, overl. op den huize Reelaer onder Raalte 23 Maart 1819, zoon van Willem v.I. van den Oosterhof en van Margaretha Isabella van der Capellen tot Appeltern.
Hij werd gecommitteerd ten landdage van Overijsel 22 Maart 1774, 2 Dec. 1765 vaandrig, in Jan. 1774 kapitein over een compagnie in het regiment Acronius, was in 1785 majoor in het regiment van Nostis (?) te Philippine en behoorde, als 2e luitenant kolonel in het regiment van Plettenberg, tot den krijgsraad of raad van defensie binnen Breda, die de stad 24 Febr. 1793 heeft overgegeven.
Hij werd 4 Maart 1783 voor het Reelaer in de ridderschap van Overijsel beschreven; geadmitteerd in de ridderschap als voren 28 Aug. 1814; bij Kon. Besl. van 1819 erkend als te behooren tot den nederlandschen adel; was lid der Provinciale Staten van Overijsel en overleed als gepensioneerd luit.-kolonel.
Hij huwde te Wolvega 8 Sept. 1782 met Wilhelmina Carolina van Haren (1758-1785), jongste dochter van Onno Zwier v.H. en van Sara Adel van Huls. Uit dit huwelijk sproot slechts één dochter Margaretha Isabella, gehuwd met Gabriël Lambert Vidal de St. Germain.
Zie: Jaarb. Ned. Adel I, 193, 194; Nederl. Adelsb 1914, 451; van Doorninck, Gesl. Aant.; Bosscha, Ned. Heldend, te Land III, 14, noot 1.
Regt