beminde Zonen, weent niet, want God zal U een goeden prior bezorgen; dit, immers, staat vast, dat goede monniken altijd goede priors hebben’.
In 1415 droeg het generaal kapittel der Grande Chartreuse aan hem en aan Diederik Teerlinck (zie art.), prior te Antwerpen, op om uit hunne kloosters monniken te zenden naar Engeland, die een door den Koning nabij Shene gestichte chartreuse moesten bevolken. In 1417 werd een begin gemaakt met de stichting van het kartuizerklooster ‘Insula Reginae Coeli’ bij Wesel. Het getuigt van den bloei van Monnikhuizen, dat dit huis ook hiervoor krachten leverde. Dom Alphardus belastte Jan van Delden (VI, 384) met de leiding der voorbereiding, terwijl hij hem in 1418 nog Albertus Kivet (V, 300) als helper stuurde. In 1420 was dit klooster voltooid.
Dom Alphardus is bovendien als visitator belast geweest met het bestuur der ordesprovincie van den Rijn.
Zie: le Vasseur, Ephemerides Ord. Cartus. III (Monstrolii 1891), 70; le Couteulx, Annales Ord. Cartus. VII (Monstrolii 1890), 348, 401; Bijdr. en Meded. Hist. Gen. Utr. IX, 301.
Scholtens