[Broeck, Johan van den]
BROECK (Johan van den), geb. te Amsterdam 18 Oct. 1648, overl. 1 Maart 1739, was de zoon van Nikolaas v.d.B. en Maria Volkward. Deze, haren man 20 Mei 1661 verloren hebbende, trouwde daarna met Johannes Christenius, hoogleeraar in de rechtsgeleerdheid aan het Athenaeum te Amsterdam. Onderwezen door den stiefvader en door de leidsche hoogleeraren Albertus Rusius en Adriaan Beeckerts van Thienen, promoveerde hij 15 Maart 1669 te Leiden in de rechten op een disputatie De obligationibus quasi ex contractu, vestigde zich te 's Gravenhage als advocaat gedurende twee jaren, en daarna te Amsterdam, alwaar hij 23 April 1673 zijn volle nicht Katrina van Tol (gest. 12 April 1698) trouwde. In 1684 was hij lector in de rechtsgeleerdheid te Amsterdam, twee jaar daarna professor extraordinaris en in 1690 gewoon hoogleeraar tot 1729, toen hij zijn ontslag kreeg ‘behoudende eer en inkomsten’. De hoogleeraar in de oostersche talen Kornelis Hugo Vonck heeft eene lijkrede in het latijn over hem gehouden, welke gedrukt is.
Zie: D' Orville, Orat. in Centes. natal. Athen. Amstelod. 30; D.J. van Lennep, Ill. Amstel. Athen. Memorabilia 44, 135; Bouman, Geschied. der Geldersche Hoog. I, 162, 234; Molhuysen, Bronnen tot de gesch. d. leidsche universiteit III (1918), 309*.
Rosenstein