[Poorten, Cornelius, Herman Josef, van der]
POORTEN (Cornelius, Herman Josef, van der) of van der Porten, geb. te 's Hertogenbosch 13 Dec. 1640, overl. te Antwerpen 19 Juli 1681, zoon van Cornelis (overl. 27 Jan. 1669) en Maria Verspreet (overl. 27 Jan. 1679). Hij trad in de Norbertijnerabdij St. Michiel te Antwerpen, waar hij 18 Juli 1661 onder den kloosternaam Herman Josef zijne kloostergeloften uitsprak. Na zijn priesterwijding, 22 Sept. 1663, werd hij aangesteld als proost van het Norbertinessenklooster te Antwerpen, waar hij nog werkzaam was, toen hij geroepen werd om als abt zijne abdij te besturen, 11 Jan. 1677. Uit de opdracht aan hem van een werk van den St. Michielsheer J. Moons blijkt, dat hij een welsprekend prediker is geweest, die steeds vele toehoorders trok.
Een portret van den abt in gravure wordt bewaard in de abdij te Averboden. Zijn geschilderd portret met wapen en spreuk (Virtus accessit in umbra) is waarschijnlijk met de revolutie verloren gegaan. Het komt niet voor in de verzameling van portretten der abten van St. Michiel, bewaard in de abdij van Tongerloo.
Zie: Goovaerts, Ecrivains de l'ordre de Prémontré (Brux. 1904) 285; Bijdr. Hertogd. Brabant I, 193; Graf- en gedenkschriften van Antwerpen IV, 33, 126, 149, 186, 188, 508.
Fruytier