[Oven, Samuel van]
OVEN (Samuel van), bestuurder (parnas) der hoogduitsche joodsche gemeente te 's Gravenhage omstreeks den franschen tijd. In 1795 blijkt, dat de koster Emanuel van Oven zijn broeder was en de vrouw van Samuel een schoonzuster van de zuster van den tweeden parnas Eleazar Schwerin, die weer een volle neef was van den derden parnas David Eliazar; de regenten-olichargie in 't klein! In den franschen tijd moest Samuel zijn functie nederleggen. In 1798 dagvaardde hij de nieuwe parnassijns over hun verantwoording voor de Justitie. Een anderen Samuel van Oven Mzn. zien wij in 1808 als koster der kerk, in welk ambt hij tot zijn dood (2 Juni 1836) bevestigd bleef. Emanuel van Oven volgde hem toen op, die in 1886 werd opgevolgd door zijn zoon D. van Oven, den tegenwoordigen functionaris. H.S. van Oven werd in 1840 boekhouder dier gemeente.
Een fraai, geschilderd familie-portret van den parnas Samuel van Oven, als welgedaan regent der ‘Hoogduitsche Joodsche Natie’, is gereproduceerd in van Zuiden's geschiedenis der haagsche gemeente (p. 144).