[Jansen, Petrus Franciscus]
JANSEN (Petrus Franciscus), geb. 3 Oct. 1810, overl. te Oegstgeest 10 Maart 1876, werd 1 Juni 1829 geplaatst op het instituut der marine te Medemblik, hetwelk hij 1 Oct. 1832 verliet als leerling bij de constructie der marine. Hij werd geplaatst op de Rijkswerf te Rotterdam. Met ingang van 1 Juli 1839 volgde zijne benoeming tot onder-constructeur 2e klasse titulair. Bij Koninklijk besluit van 21 Nov. 1838 werd aan hem en zijn ambtgenoot H. Buys opgedragen, zich naar Suriname te begeven ten einde op eene onderneming aan de rivier Coppename een aan de eischen voor scheepshout voldoende lading uit te zoeken en tevens om over den toestand der bosschen in Suriname verslag uit te brengen. De reis werd heen met het transportschip Dordrecht, terug met het transportschip Merwede gedaan. Bij Koninklijk besluit van 5 Juli 1839 werd eene gelijksoortige opdracht verstrekt en de reis heen en terug met de Merwede gedaan.
Jansen werd bij Koninklijk besluit van 24 Juli 1843 met ingang van 1 Juli te voren benoemd tot ingenieur 2e klasse. Hij werd in 1844 te Vlissingen geplaatst en keerde in 1846 te Rotterdam terug. Bij Koninklijk besluit van 18 Jan. 1850 werd hij ingenieur 1e klasse titulair, bij dat van 20 Dec. d.a.v. verkreeg hij dezen rang effectief met ingang van 1 Jan. 1851, terwijl hij tevens werd overgeplaatst naar Hellevoetsluis. Met 1 Apr. 1852 volgde zijne verplaatsing naar Willemsoord, met 1 Mei 1855 kwam hij terug te Hellevoetsluis, maar nu als eerstaanwezende. Bij Koninklijk besluit van 2 Juli 1855 werd hij benoemd tot hoofdingenieur met behoud zijner standplaats. Hij verbleef daar totdat hij bij Koninklijk besluit van 28 Oct. 1868 met ingang van 31 Dec. d.a.v. eervol werd ontslagen.
Hij huwde A.C. Scheffer.
Ramaer