[Brandt, Geeraert (1)]
BRANDT (Geeraert) (1) of Brandtz, geb. te Middelburg 2 Oct. 1594, overl. te Amsterdam 4 Febr. 1659. Hij was een zoon van Gerard Brandtz. uit Antwerpen en Baile Jaspers, wier huwelijk in 1592 te Amsterdam werd voltrokken. Hij zelf was uurwerkmaker te Amsterdam en huwde aldaar 27 Aug. 1623 Neeltje Jeroens (overl. 18 Dec. 1644), die hem verscheidene kinderen schonk (door Kok met name genoemd), waarvan echter alleen de in het volgende artikel behandelde bekende Geeraert (2) in leven bleef; hij hertrouwde in 1645 met Margrietje Ster. Als vervaardiger van zonnewijzers en mechanische kunstwerken schijnt hij zekeren naam te hebben gehad; de la Rue deelt uit mondelinge overlevering omtrent zijn betrekking tot Descartes mede, dat deze ‘te Amsterdam zyn verblyf hebbende, onder andere konstwerkers, die hy dagelyks bezogt, boven al in de winkel verkeerde van den horoIogymaker G. Brand, en, wyl hy 's mans schranderheid bevond, met hem overleg maakte, om, voor door touwen, de horoIogiën door een ketting te doen omgaan, zoodat zy te zamen dat in 't werk stellende, bevonden goet te wezen, en alzoo het eerste kettingwerk aan de werelt vertoonden.’ Dit wordt bevestigd door een bewaard gebleven brief van 18 Juli 1643, dien Descartes uit Egmond aan den Hoef schreef ‘aan Monsieur Gerrit Brandt, In de twaelf uren, op het Rockinne, by de beurse, tot Amsterdam’ en waarin hij dezen verzocht zijn ‘horologie’, dat hij hem gelijktijdig toezond, van een ketting te voorzien ‘geliick wy met malkanderen gesprooken hebben’; de inhoud van het zeer vriendschappelijke briefje schijnt overigens te toonen, dat Brandt in dezen geheel volgens de aanwijzingen van Descartes werkte.