[Ailfort, Franciscus van]
AILFORT (Franciscus van), ook genaamd dOyenbracken of Verdoyenbracken, naar het gehucht van dien naam te Lierop N. Br., zijn geboorteplaats, overleed te Venlo, 31 Jan. 1597. Hij was Norbertijner kanunnik der abdij Averbode en als zoodanig door zijn abt benoemd tot pastoor te Blerik bij Venlo 1560. Hier moest hij voor het geweld der hervormers wijken en zwierf, uit zijn pastorij verjaagd, zes jaar rond. Hij verbleef van tijd tot tijd te Venlo, waar hij zich vestigde en 1586 wordt aangetroffen als aartspriester of deken van Kessel. In hetzelfde jaar wilde zijn abt hem tot pastoor van Venlo benoemen, doch bisschop Lindanus weigerde de instelling, omdat de abt van Averbode de laatste jaren het recht van benoeming te Venlo had verwaarloosd en daardoor had verloren. Ailfort stierf hoogbejaard als pastoor van Blerik, werd in Venlo in de St. Martinuskerk begraven voor het hoogaltaar, onder een grafsteen, waarop een opschrift was gebeiteld. Hij maakte twee stichtingen. Schutjes vermeldt zijn overlijden op 31 Dec. 1592.
Zie: Schutjes, Gesch. Bisdom den Bosch, IV, 702; Habets, Gesch. bisd. Roermond II, 114, III, 198; Publications du Limbourg VIII, 240; De Norbertijner Abdij Averbode (Averb. 1920), 157, 333.
Fruytier