dam, 28 Mei 1733 werd hij emeritus. Hij is de same nsteller van het bekende Kerkelijk Plakaatboek, 's Grav. 1722. Als gedeputeerde van de synode van Noord-Holland had hij de wenschelijkheid ingezien van eene verzameling der wetten, ‘waardoor de christ. overheid de Kerk in haar bestaan en luister beveiligt’, en, daar niemand op zijn verzoek tot dien arbeid genegen was, had hij zelf de hand aan het werk geslagen. Hij verdeelt methodisch in een Eerste Boek, kerkelijke zaken met acht ‘Titels’ t.w. Religie, H. Schrift, Predikanten, Vergaderingen, Goederen, Rust en Vrede der Kerken, Behulpselen der Kerke (Universiteit te Leiden, boeken, scholen), Bestrijders der Kerke (a. in de leer t.w. socinianen, papisten cuz.; b. in gedragh t.w. de Roepende Zonden),
terwijl hij in een Tweede Boek de wetten op huwelijkszaken geeft. Aldus, zegt hij, wijzen deze Titels als ‘in eene Historia temporum aan met wat tedere oplettendheid onze christelijke overheden van tijd tot tijd werkzaam geweest zijn, om opkomende kwalen te weren en tot behoud en bloei der kerke te bezorgen hetgeen bleek daartoe noodig te zijn’. Omdat later bleek, dat Wiltens ‘seer veele treffelijke, aanmerkelijke en nuttige resolutiën’ had overgeslagen, gaf Mr. Paulus Scheltus in 1735 een tweede deel, waarin de placcaten naar tijdsorde gerangschikt zijn, met één register volgens de jaren, en een ander, alfabetisch, op zaken en personen.
Zie: Croese, Kerkel. Reg. 156; Album Stud. L.B. 665; Navorscher 1891, 201; Acta ed. Knuttel VI 599.
L. Knappert