Wetenschappen te Londen. Hij was achtereenvolgens predikant te Lekkerkerk 18 Aug. 1743, te Westzaan 23 Juli 1747, te Vlissingen Juli 1748, te Middelburg 12 October 1749. ‘Veel kon ik tot lov van deze Leeraer zeggen’, schrijft Vrolikhert, ‘dog wetende dat ik hem daar geen dienst mee doen zou, zal ik zulks niet doen’. Hij is echter overtuigd, dat allen zullen bekennen, ‘dat ik na waarheyd schrijve, als ik schrijve, dat zijne bekwaamheden niet gemeen zijn’.
Hij was gehuwd met Aletta Maria van den Brande, dochter van Cornelis en Johanna Sofia Trigland, die hem een groot deel der heerlijkheid Kleverskerke aanbracht. Vandaar dat de zoon uit dit huwelijk, Johannes Adrianus zijn naam met van Kleverskerke uitbreidde. Wat den vader aangaat, Nagtglas heeft de wijsgeerige opmerking: ‘hij heeft weinig in het licht gegeven, slechts enkele leerredenen zijn van hem gedrukt. Een zwakke gezondheid en een wel voorziene beurs hebben zijne werkzaamheid niet bevorderd’. Wat hij daarna zegt van 's mans arbeid voor het Onomasticon, heeft betrekking op Johannes (zie aldaar).
Zie: Vrolikhert, Vlissing. Kerkhemel 294 vlgg. 390; Nagtglas, Levensber. v. Zeeuwen II 951; Bouman, Geld. Hoog. I 220; Schotel, Kerkel. Dordrecht, I 91 noot, die den naam Wilhelmius met Wilhelmi gelijk stelt.
L. Knappert