[Storm de Grave, Cornelis Marinus]
STORM DE GRAVE (Cornelis Marinus), geb. te Hattem 4 Dec. 1794, overl. te Brussel 15 Dec. 1871) was de derde zoon van Adriaan Willem. Hij trad, 26 Januari 1815, als cadet in dienst bij het regiment zuid-nederlandsche hussaren, hetwelk den 1en Maart 1814 was opgericht door F.V.P. prins de Croy, en den 21en April 1815, na de samensmelting van de noord- en zuid-nederlandsche korpsen, den naam zou aannemen van regiment hussaren No. 8. Den 15en Mei 1815 werd Storm bevorderd tot cadet-wachtmeester. In dien rang heeft hij zich in den slag van Waterloo zoodanig onderscheiden, dat hem, 24 Nov. 1816, het kruis van de Militaire Willemsorde 4e kl. werd toegekend. Deze datum van benoeming (bijna 1½ jaar na den slag) geeft reden om aan te nemen, dat een door hem begaan bijzonder feit eerst later ter kennis van de autoriteiten is gebracht. Bij de familie is de herinnering bewaard van het feit, dat hij, ziende dat, bij het ter charge oprukken van de vijandelijke kurassiers, het paard van zijn eskadrons- of zijn regimentskommandant, door een vijandelijk projectiel getroffen, neerstortte, onmiddelijk afsteeg en zijn paard ter beschikking van zijn chef stelde. Dit mag waarlijk naast een hooge opvatting van plichtsgevoel, een daad van moed en beleid genoemd worden. Trouwens het geheele 8e hussaren, onder bevel van den luitenant-kolonel J.L. Duvivier, ingedeeld bij de brigade Ghigny, heeft zich bij Waterloo bijzonder onderscheiden. Bij eene sterkte van 439 man (3 eskadrons) waren 1 officier en 132 ruiters gesneuveld of vermist, en 7 officieren met 145 ruiters gewond.
Na den slag van Waterloo heeft het regiment nog deelgenomen aan de insluiting en vermeestering van de vestingen le Quesnoy, Valenciennes en Condé in het noorden van Frankrijk.
Ruim een jaar daarna volgde, niet geheel in overeenstemming met zijne wenschen, zijne aanstelling tot 2en luitenant (17 Dec. 1817) bij het bataljon infanterie nationale militie No. 18, en eerst vier jaar later zijn overgang in dien rang, bij ruiling, bij de afdeeling kurassiers No. 1 (16 Juni 1821). Daardoor kwam hij terug bij de cavalerie, nu in een oorspronkelijk noordnederlandsch regiment. Bij zijne bevordering tot 1en luitenant (20 Oct. 1825) kwam hij weder bij een zuid-nederlandsch korps, de afdeeling kurassiers No. 2 (oorspronkelijk het eerst opgerichte Belgische korps karabiniers), hetwelk - na het uitbreken van den opstand in 1830, en nadat den 23en October van dit jaar aan alle Zuid-Nederlanders, die nog trouw gebleven waren, ontslag uit den dienst werd gegeven, indien zij zulks verlangden - zoodanig verliep, dat het bij kon. besl. van 14 Nov. 1830 werd opgeheven. Storm werd toen (20 Dec. 1830) ingedeeld bij de afdeeling kurassiers No. 3, met hetwelk, onder aanvoering van luitenant-kolonel G.L.C. Bouwens van der Boyen, hij den Tiendaagschen veldtocht medemaakte. Verliezen heeft deze afdeeling in dien veldtocht niet geleden; dus zal zij weinig gelegenheid gehad hebben, om met den vijand in aanraking te komen.
Korten tijd daarna (5 Oct. 1831) werd S. bevor-