den door graaf Maurits, later door den heer van Villers. Hij zond Mostert naar Engeland om hulp en steun te vragen. Ook zijn oude vriend Bardes uit Amsterdam kwam voor hem
op. Eerst eind April kon Maurits binnen Medemblik komen, nadat door bemiddeling van den nieuwen bevelhebber der engelsche troepen, lord Willoughby, een accoord met Sonoy en zijn soldaten getroffen was. Sonoy moest tegenover de verbittering der burgerij van Medemblik zelfs ‘sauvegarde’ van graaf Maurits aannemen en kon de stad niet dan met moeite verlaten. De Staten van Holland verklaarden nu geen prijs meer te stellen op zijn diensten, ook al zou de Raad van State hem willen handhaven; hij zelf begeerde ook zijn ‘afscheid’, dat hem, ‘colonel Diedrig Sonoy’, 12 Aug. 1588 met dank voor zijn getrouwen dienst tijdens prins Willem werd verleend. Hij vertrok spoedig daarna naar Engeland om er bij Leicester, die evenwel in Sept. stierf, en de koningin zijn belangen te verdedigen. Hij werd er vriendelijk ontvangen en liet zijn gezin uit Alkmaar overkomen. In Engeland legde hij zich toe op de ontginning van een overstroomd stuk land, dat Elizabeth hem had geschonken en waarop hij noordhollandsche boeren had gekoloniseerd. In den zomer van 1593 heeft hij die ontginning, die niet bijzonder gelukte, laten varen en vestigde zich te Norden in Oostfriesland. Na de reductie van Groningen (1594) ging hij wonen op het kasteel ten Dyke of Dijksterhuis bij Pieterburen, waar hij aan de gevolgen eener beroerte overleed.
Hij liet den roep na van een hardvochtig man van groote matigheid van leven, een groot vriend der gereformeerde religie, fel vijand der katholieken; overigens liefhebber van jacht en paarden, voortreffelijk krijgsoverste, die de krijgstucht uitstekend handhaafde en als zoodanig zeer door prins Willem werd geëerd.
Hij liet eene dochter, Emerentia, na, die door prins Willem voor zijn bastaardzoon Justinus ten huwelijk gevraagd werd. Sonoy sloeg deze verbintenis af. Zij huwde later met den oostfrieschen edelman Luurt Menninga. Maria van Malssen overleed te Enkhuizen 12 Dec. 1584. Sonoy hertrouwde 24 Nov. 1585 met Johanna de Mepsche, reeds driemaal weduwe, die 19 Maart 1596 te Norden stierf en hem geen kinderen naliet.
Vgl. over hem vooral: Bor, Historie der Nederl. Oorlogen, passim, die blijkbaar de beschikking heeft gehad over zijn archief en vele brieven en stukken van en over hem afgedrukt. Verder Groen, Archives, 1e série, passim, ook het Supplément van van Someren.
Blok