H.
[Haan, Galenus Abrahamsz de]
HAAN (Galenus Abrahamsz de), geb. 8 Nov. 1622 te Zierikzee, overl. 1706 te Amsterdam (Lijkrede van Willem van Maurick in de doopsgezinde kerk), in 1645 gepromoveerd te Leiden tot doctor in de medicijnen. Sinds 1648 geneesheer en (onbezoldigd) leeraar der Vlaamschdoopsgezinden te Amsterdam, werd hij weldra de leider der collegiantsche beweging onder de doopsgezinden in ons land, in welke hoedanigheid hij een ver strekkenden invloed op het godsdienstig, kerkelijk en godgeleerd leven van zijn tijd heeft geoefend in verlichte, mystiek-pietistische richting. Kleinzoon van den dooperschen martelaar Gillis van Aken (I, 50), had hij met diens naam ook een goed deel van diensijverenden, profetischen geest geërfd. Meer nog om zijn nieuwe denkbeelden dan om zijn groote geleerdheid was hij, ook buiten 'slands grenzen, bekend. Met William Penn, Leibnitz' bekenden vriend Ernst van Hessen Reinfels en vele anderen die met zijn idealen van ‘algemeen Christendom’ en uitdelging van den sectegeest instemden, stond hij in verbinding.
Zie: Hylkema, Reformateurs.
Hylkema