(zie aldaar en IV, 336). Heer Amelis-Melis v. Mijnden noemt hem kortweg de Bisschop in zijn brief aan de Staten v. Utrecht in verband met diens aankoop v. Loenersloot, heer Amelis, die naar v. Spaen, genoemd goed reeds in 1516 aan zijn broeder Jacob zou hebben afgestaan (zie boven en art. Jacob), is eveneens tweemaal getrouwd geweest: 1e. met Clementia v. Mathenesse, dr. v. Adrianus of Adriaan en N.v. Tuyll, bij wie hij twee zoons en een dochter had t.w.
a) Anthonis of Anton, heer v. Cronenburg (zie art. Anthonis (3e).
b) de boven reeds genoemde A elis, priester, niet vermeld bij v. Spaen noch in Bat. Ill.
c) Clementia of Oeda, gehuwd met Aernt of Arend v. Honnepel of Hunnepel v. Impel, terwijl v. Spaen ook een dochter Cunegonde vermeldt, kanunnikesse te Bedbur.
2e. met Elborch (Elburg) v.d. Boetzelaer (dr. v. Wessel, Heer v. Asperen en Judith Moll v. Ledtbergen (Gen. en Her. Bl. IX, 211; Ferwerda II op v.d. Boetzelaer), uit welk huwelijk geboren werden:
a. Christoffel, kanunnik van St. Pieter te Utrecht, overl. 1549.
b. Johan of Jan, in 1578 huwelijksvriend v. Clementia (waarover Gen. en Her. Bl. IV 338, kleindochter van zijn broeder en dochter van diens gelijknamigen zoon, naar Bat. Ill. kinderloos gestorven in 1587, die alleen z'n eerste vrouw opgeeft n.l. Maria Taets v. Amerongen. Zijn tweede was Clara Torck, weduwe van Johan v. Aldenbockum (Oldenboeckum) CIII, 1246) Lit. reeds in dit en vorige artikel genoemd. Vgl. nog: Matthaeus, De Nobilitate (1686) 793.
Kooperberg