[Vernucken, Theodoricus]
VERNUCKEN (Theodoricus), Vernekens, was ingetreden in de abdij Oude Kamp, O. Cist., 10 Mei 1468 en overl. aldaar als abt 2 Oct. 1503. Sinds vele jaren bestuurde hij den uithof der abdij te Haren bij Nijmegen, toen hij 12 Apr. 1499 tot abt werd gekozen. Slechts vier jaren voerde hij het bewind over de abdij, maar ondervond veel tegenspoed. De vijandelijkheden tusschen de hertogen van Gelre en Kleef 20 Juni 1499 geëindigd, begonnen opnieuw 1502. Bij de belegering van Batenburg werd de gebouwen van den uithof te Haren verwoest en geplunderd. In Wachtendonk leed de abdij onnoemelijke schade door de verwoesting en brand van hare hoven. Dan stak een dienstknecht van het armengasthuis der abdij, weggezonden wegens wangedrag, de schuren der abdij in brand te Eversaal. Tegen alle recht in benoemde men in de parochiekerk van Rijnberk in plaats van een monnik van Kamp, een geëxcommuniceerden priester. De abdij geraakte in processen en schulden, bovendien kon de abt niet te best met zijn konvent overweg. De dood kwam hem spoedig uit zijn weinig benijdbare positie verlossen.
Zie: Ann. hist. Vereins. f.d. Niederrhein XX (1869), 350-35; Jongelinus, Notitia Abbatiarum O. Cist. (Col. 1640) II, 10; Dicks, Die Abtei Camp am Niederrhein (Kempen 1913) 417-419.
Fruytier
Auteursrecht onbekend