landschrijver der Veluwe Jacob Botter (‘Better’ bij C. Hille Ris Lambers, De Kerkhervorming op de Veluwe 1523-1578 (Barneveld 1890. Utr. Diss. 165 is een drukfout) moesten toen, in commissie van de Landvoogdes, den Harderwijkers allerlei eischen stellen tot herstel der vroegere toestanden. Dezen, slechts ten deele daartoe gezind, schenen het op geweld te willen laten aankomen, waartoe evenwel Arnhem en de drost weinig neiging betoonden, de laatste door te weigeren zijn onderhoorigen te dwingen tot bijstand van het krijgsvolk. Op het jaar 1563 vinden we (den naam van) dezen Scherpenseel aan met (die van) andere leden der Veluwsche ridderschap (en van gedeputeerden van steden) genoemd om den stadhouder, den graaf van Megen ‘die banck te helpen becleden’, ten einde justitie te doen (Th.H.F.v. Riemsdijk, De Hooge Bank van het Veluwsche Landgericht te Engelanderholt (Diss. Utrecht 1874 Bijl. 36). G.v. Hasselt, Klaar-banken van Engelander Holt (Arnhem 1805), 4, Willem v. Scherpenseel was tweemaal gehuwd 1o. met Johanna dochter van Hendrick Tencinck tot Tencink en Gerarda Mom v. Kell (1549) en 2o. twee jaar later met Hadewich (Haze) van Zuylen v. Nijevelt (1521-75) dr. v. Jacob, Ridder, Heer v. Hoevelaken en Gerenstein en Dirrica (ook Theodora v. Duvenvoorde), wier broeder Frederik door de weduwe en de momboirs der kinderen benoemd wordt om 't Landdrostambt waar te nemen kort na den dood van Willem in 1570.
Die kinderen waren:
1. Johan, het ‘jonkertjen’ krankzinnig.
2. Gerrit, overl. te Sedan.
3. Elisabeth, 16 Juni 1556 overleden bij de geboorte van een kind, waarvan de vader, Hendrick Bentinck, haar (in de Sabelskerk te Arnhem) moest huwen, toen zij dood in de kist lag. Deze Elisabeth moet niet verward worden met de ongeveer terzelfdertijd voor komende Elisabeth (Nav. LIII, 389), dr. van Eelgis, (Ned. Leeuw 1913, 318) en Hillegond Antonisdr. de Ridder en gehuwd met Dirk v. Zuylen v. Natewisch.
4. Gerarda, gehuwd met ridder Adriaan v. Fürstenberg.
5. Josina, non in het Agnietenklooster te Arnhem. Al deze kinderen waren uit het eerste huwelijk; uit het tweede sproten:
6. Johan, overl. 1619.
7. Jacob, overl. 1631.
8. Arent.
9. Theodora, gehuwd met Arent v. Duvenvoorde (I kol. 769) (Moes en Sluyterman III, 60; Alg. Ned. Familiebl. 1903, 471 (met verwijzing naar Obreen's bekende werk over het geslacht Wassenaar).
10. Oda, gehuwd 1o. met Amelis v. Amstel v. Mijnden tot Cronenburg (Geld. Maandw. II 129) 2o. met Wolter v. Bornenburg, genmd. Honstein (anders dan in Gen. en Her. Bl. I 250 heet hij, vermoedelijk meer juist, v. Boinenburg in Gelre, Bijdr. en Med. XIV 262-263, waar zijne vrouw ook niet Oda, maar Odilia genoemd wordt).
11. Lijsbeth jong overleden.
12. Geertruyd, evenzoo.
Zie boven en bij het art. Gerrit (2) Palick. Ook nog: Alg. Ned. Familiebl. 1901, 115 en J.I. van Doorninck, Catal. der Archieven van het Groote en Voorster Gasthuis te Deventer (1267-1815) (Zwolle 1880) 1026, 1041.
Kooperberg