[Regius, Tobias]
REGIUS (Tobias), te Londen geboren en daar 21 Jan. 1585 gedoopt, was een broer van den hiervoor genoemden Johannes en een zoon
van Jacobus Regius. Als alumnus der nederduitsche vluchtelingenkerk aldaar werd hij 10 Oct. 1601, op 17-jarigen leeftijd, als student te Leiden ingeschreven. In 1605 verdedigde hij er exercitii gratia een paar stellingen. Naar het schijnt is hij bij Gomarus in huis geweest. Deze gaf 3 Sept. 1605 een gunstig getuigenis van hem. In 1611 heeft hij een tijdlang te Parijs doorgebracht. Hij was daar toen gekomen van Saumur uit, en niet onmogelijk heeft hij dus ook in laatstgenoemde stad nog eenigen tijd gestudeerd. Van 1612-17 stond hij te Ellewoutsdijk, van 1617 tot zijn emeritaat in 1653 was hij predikant te 's Gravenpolder. 1629 richtte hij tot den kerkeraad der nederduitsche Kerk te Londen het verzoek om uit oude betrekking zijn 15-jarigen zoon Tobias, den oudste van zijn vijf kinderen, als alumnus te willen aannemen. Toen dat verzoek werd afgewezen hernieuwde hij het in 1632. Ditmaal was het resultaat gunstiger. 30 Aug. van dat jaar had hij te bedanken voor een gift van 12 pond sterling. 30 Mei 1633 kon de inschrijving van Tobias Jr. plaats hebben. In 1637 zond de vader den kerkeraad een exemplaar van zijns zoons theses over het Evangelie, waarmee deze zijn academische loopbaan had geëindigd.
Zie: J.H. Hessels, Ecclesiae Londino- Batavae Archivum III (Cantabr. 1897) register in voce; P.C. Molhuysen, Bronnen tot de geschiedenis der leidsche universiteit I ('s Grav. 1913) register in voce.
van Schelven