Mij. van fr. K. en W.) Hij onderzocht hierin, hoe de versmaten der Ouden in onze dichtkunst overgebracht konden worden, en gaf daar zelf eenige proeven van. Belangrijk is ook zijne Inleiding eener wijsgeerige algemeene theorie der talen (Amst. 1817), en zijne Proeve eener beantwoording van de vraag: Wat nut kan de empirische algemeene taalkennis aan de hoogere wijsbegeertc toebrengen? (Amst. 1833).
Van Bilderdijks denkbeelden op het gebied van taalkunde, wijsbegeerte, en rechtsgeleerdheid was Kinder een groot tegenstander. Daarvan getuigen zijne Brieven over het Natuurrecht (Amst. 1823); Beoordeeling van Bilderdijk's Nederl. Spraakleer (Amst. 1829), Beoordeeling van B's Gedachtenisrede over Pestel, enz. Het Tijdschrift De Herkaauwer (1815-17) had een staatkundige strekking, en werd bijna geheel door K. geschreven. Het bestreed de denkbeelden van Rousseau en wat daarmede verwant is, en stond eene bezadigde staatkundige denkwijze voor. In 1817 werd aan Kinker de leerstoel voor de Hollandsche taal, geschiedenis, en welsprekendheid aan de hoogeschool te Luik aangeboden. Hij werd er met weerzin ontvangen; maar het duurde niet lang, of zijne lessen en omgang werden gezocht. Na de omwenteling vestigde hij zich weder te Amsterdam.
Hij huwde te Amsterdam 12 Mei 1793 met Maria Eva Theodora Bain, gedoopt ald. 6 Oct. 1771, dochter van David en Barbara Elisabeth Hoffman.
Eene verzameling zijner Gedichten verscheen van 1819-21 te Amst. in 3 dln.
Zijn portret bestaat in gravure door J.E. Marcus; in steendruk door J.C. van Rossum en door H.W. Last; in zwarte kunst door F.C. Bierweiler.
Zie: M.C. van Hall, Mr. Johannes Kinker (Amst. 1850), met uitvoerige opsomming en behandeling zijner geschriften. Hiervan berust in het Bilderdijk-Museum te Amsterdam eene uitgebreide verzameling Brieven van Willem Bilderdijk aan Johannes Kinker werden door F.D.K. Bosch medegedeeld in Oud-Holland, 1914. Als wijsgeer werd hij beschreven door van der Wijck, Johannes Kinker (2e uitg. Gron. 1864). v. Vloten gaf in 1877 te Haarlem uit: Kinkers verspreid en onuitgegeven dicht en ondicht. Zie verder J. van den Bergh van Eysinga-Elias, De litterair-historische kennis van J. Kinker in Nieuwe Gids 1911, I, 495, vv. Stukken van B. Huet, Beets e.a. vindt men in Petit, Repert. opgegeven.
Margadant