[Dissel, Nico van]
DISSEL (Nico van), geb. te Winterswijk 24 Jan. 1847, overl. te Breda 11 Juni 1904, broeder van den vorige, studeerde van 1864 tot 1869 aan de Polytechnische school te Delft. Na afgelegd vergelijkend examen werd hij 23 Febr. 1870 benoemd tot aspirant-ingenieur voor het stoomwezen. Hij werd toegevoegd aan den hoofdingenieur van dat dienstvak, de Vries Robbé te Ede, werd in 1872 te 's Hertogenbosch geplaatst, en in 1876 terzelfder standplaats belast met den dienst in Noord-Brabant en Limburg.
In 1894 werd Zeeland aan zijn dienst toegevoegd, en van Dissel tegelijk naar Breda verplaatst. waar hij zich onder de gemeente Teteringen in de nabijheid van die stad vestigde.
Hij werd in 1891 plaatsvervangend lid, in 1897 lid van de Rijkscommissie tot het examineeren van koopvaardij-machinisten.
Even na zijn overlijden (13 Juli 1904) verscheen in de Staatscourant een rapport van hem over de ontploffing van een stoomketel te Helmond, dat voor zijne schranderheid en werkkracht pleitte.
Hij huwde 11 Juni 1891 te Leiden M.P. Dozy, geb. 8 Oct. 1858, die hem overleefde. Hij had geen kinderen.
In den Ingenieur van 13 Aug. 1904 vindt men een levensschets met portret van hem van de hand van W.A.M. Piepers.
Ramaer