Booth is de schrijver van een anoniem verschenen pamflet: Vertoog van 't regt der Magtstraat van Utrecht om haar onderzaten geestelijke goederen bezittende te belasten etc. (Middelburg 1654). Hij ontwierp een groot register van de Magistraat der stad Utrecht, deels bijeengebracht onder den titel: Fasti consulares. Bovendien maakte hij een korte beschrijving van de stad Utrecht, bij de kaart dier stad door H. Saftleven in 1648 uitgegeven; hiervan bestaan ook afz. drukken ‘in bladgrootte.’ (Utr. 1651 en 1715, in 4o; Amst. 1715, en in 8o Amsterdam 1745). Nog werd zij afgedrukt achter den 2en druk der Chronike van Cortgeen (Jacobus Fransz. Cortgeen, alias van der Goude, een Utrechtsch stadsbeschrijver); - en vóór v.d. Water, Utr. Placcaatboek III, 1729.
Booth's kennis als genealoog was binnen en buiten de grenzen der Vereen. Provinciën zóó vermaard dat de wapenkoning van ‘Zijn Christel. Majesteit’ anno 1668 naar hem verwezen werd als kenner bij uitnemendheid.
Hij is tweemaal gehuwd geweest: 1o. te Utrecht 26 Mei 1629 met Amelia van Waveren gend. van Oort (1603-1637), wier moeder was N. Saell van Vianen. Daarna te Utrecht 10 Dec. 1637 met Digna v. Wyckersloot (1617-1679), dochter van Cornelis en van Christina v. Nellesteyn. Uit het eerste huwelijk een dochter, uit het tweede zes kinderen, waarvan Mr. Everard in dl. III kol. 144 voorkomt en Willem volgt (kol. 220).
Zijn door een onbekende geschilderd portret, aet. 21, in het Museum op het Hoogeland te Utrecht; een reproductie bij van Someren, Utr. Univ. Bibl. tegenover bl. 22.
Zie: Vermeulen, Tijdschr. voor Oudh. enz. van Utrecht 1847, 39; 1849, 43, 72, 73; S. Muller Fzn., Schilderijen van J. van Scorel 20, 21; Frederiks en v.d. Branden, Biog. Wdb. 91; Balen, Beschr. v. Dordr. 1000; Navorscher 1906, 61; Fred. Muller, Auctie-catal. 3-5 April 1906; J.F. van Someren, Utrechtsche Univ. Bibliotheek (1909) 26 v.v
Regt