[Renesse, Jan of Johan van (3)]
RENESSE (Jan of Johan van) (3), heer v. Rhijnauwen, overl. 25 Mei 1512, oudste zoon van Frederik v.R.v.R. (1) (kol. 1052) en Elisabeth van Cruyningen, ridder, heer van Rhijnauwen, Hellenburg, Oudegeijn enz. Met het laatstgenoemde goed werd hij beleend na den dood van zijn broeder Johan, die kanunnik was in den Dom en vóór 9 Mei 1505 overleed. Heer Jan v.R.v.R. zegelde met de Ridderschap van Utrecht 1477, vluchtte uit Utrecht 1481 en zegelde wederom met de Ridderschap in 1493. Overleden 25 Mei 1512 werd hij in dezelfde stad begraven in de kapel der Minderbroeders in het familiegraf. Bij zijne vrouw, Cornelia van Bockhoven, dochter van Franc(k) v.B. en Alyd Pieck, had hij slechts eene dochter, Anna van Renesse, nog vóór haar vader overleden en gehuwd met Godert (Godfried) van Harff, heer van Harff en Rifferscheid, uit welken echt 4 kinderen voortkwamen n.l. Jacob van Harff, ridder, heer van Harf(f), gehuwd met Elisabeth van Gertzen gnt. Zintzig, dochter van Willem en Beatrix van Merode; Alyd (Aleida), vrouwe van Oudegeijn (12 April 1514), gehuwd vóór 1530 met Dirk van den Boetzelaar, die als voogd en momber van zijne vrouw te haren behoeve werd beleend met Oudegeyn, vermogens een nahand van hr. Johan van Renesse van Rhijnauwen, die volgens Nav. 1905, 38 op 22 April 1512 hiermede beleend zou zijn; dan Anna van Harff, vrouwe van Rhijnauwen, gehuwd met Willem van Rossum, heer van