J.
[Jacobs, Gerardus (1)]
JACOBS (Gerardus) (1), geb. te Asten, overl. te Someren 10 Oct. 1613, studeerde te Leuven en werd op voordracht van den abt van Floreffe in 1574 pastoor van Someren. Terzelfder tijd werd hij door den bisschop van den Bosch tot deken van het district Helmond aangesteld. In 1605 verzocht hij van dezen last ontslagen te worden, maar eerst in 1612 werd dat verzoek ingewilligd.
Jacobs schreef: Diva Virgo Ommelensis (Leuven 1607), vertaald door Henricus v.d. Weyden rector van het klooster te Ommel; Exercitium pium in vitam et gloriam B.V. Mariae (den Bosch 1608); Pium exercitium de creatione (Antwerpen 1611).
Al deze werken zijn geschreven in latijnsche verzen; eveneens gaf hij in latijnsche verzen nog te Antwerpen uit een werk over de Martelaren van Gorkum, bewerkt naar het bekende boek van Estius.
Zie: Schutjes, Gesch. bisdom 's Hertogenbosch V; Th. lgn. Welvaerts, Zomeren naar de archieven van Postel's abdij 189.
H.N. Ouwerling