[Greenwood, John]
GREENWOOD (John) behoort niet tot het geslacht van voorg. en vlg.; werd 1729 geb. te Boston (Noord-Am.) overl. te Margate 1792.
Hij kwam op jeugdigen leeftijd naar Amsterdam, waar hij onder leiding van Michiel Elgersma zich op graveeren toelegde. Hij beoefende hoofdzakelijk de kunst van portretten teekenen en graveeren, o.a. dat van Simon Fokke en Ds. Muilman. Ook de schilderkunst heeft hij met goed gevolg beoefend. Er bestaan van zijn hand, behalve de gedrukte portretten, eenige goeduitgevoerde in mezzo-tinto, en ook enkele watergezichten in O.I. inkt.
Gr. was lid van de Amsterd. Teekenacademie en een dergenen, die ze in 1758 ten tweeden male hebben opgericht. Tijdgenooten roemen zijn geestigheid in gesprekken, vroolijkheid in den omgang en vlugheid in het teekenen.
Er bestaan van hem een portet met krulpruik, in med., waaronder een 14 reg. engelsche inscriptie en een ander van 1760 door hem zelf geteekend en geëtst, waaronder een 3 reg. holl. versje door H.v.E.
Zie: v. Someren, Cat. v. Ned. Portretten II, No. 2102 en 2103; v.d. Eynden en v.d. Willigen, Gesch. der Vaderl. Schilders II, 201.
Heeren