[Stuffken, Jan Hendrik]
STUFFKEN (Jan Hendrik), geh. 14 Mei 1801 te Amsterdam, zoon van Rutger Stuffken en Dirkje van Hulshergen, gest. te Arnhem 9 Mei 1881. Hij studeerde aan het amsterdamsche athenaeum en zette later zijne theologische studiën te Leiden voort, waar hij 24 Juni 1828 tot doctor werd bevorderd op proefschrift de Theodosii Magni in rem Christianam meritis. 14 Sept. aanvaardde hij het predikambt te Haaften, vanwaar hij in 1846 naar Leiden vertrok, om er, 16 Maart het professoraat in de philosophie te aanvaarden. Voor een leerstoel in de theologie kwam hij, wegens zijne van de destijds geldende meeningen te zeer afwijkende denkwijze, niet in aanmerking. Deze bleek vooral uit zijne door Teylers Genootschap in 1840 bekroonde verhandeling over de Kerkelijke overlevering.
Als ouderling der ned. herv. Gem. te Leiden ontwierp hij eene betere regeling tusschen kerkeraad en kerkelijke administratie. Ook verzette hij zich in eene brochure tegen art. 86 al. 2 der gewijzigde grondwet (1848), behelzende ‘dat geestelijken niet benoembaar zijn tot leden der Staten-Generaal.’
Hij huwde 14 Mei 1830 met Clasina Jacoba Carlier, overl. 1849. Als rustend