Venus ('s Grav. 1709); H.E. Hundertmarck, Schmachtende Venus (Franckf. u. Lpz. 1700; 2de druk 1703). Heinsius ontevreden met deze vertaling gaf uit: Der Gemarterter Venus Priester (Amst. Francf. u. Lpz. 1711), vgl. ook Hundertmarck, Medicinischer Extract; Nouvelle Méthode pour guérir les Maladies Vénériennes (Amst. 1706).
id. Naukeurige Verhandeling Van het Podagra En d'algemeene Jigt (t' Amsterdam 1698); (H.E. Hundertmarck, Nicolai Heinsii Uebelvexirter und wohlsoulagirter Podagrist (Franckf. u. Lpz. 1701); H.E. Hundertmarck, Cur der Gicht und d. Podagra (Lpz. Schuster 1719).
id. Genees- en natuurkundige verhandeling van het kwikzilver ('s Gravenhage 1704).
id. Over de Venusziekte (Rotterdam 1736) (= De Kwijnende Venus?).
Een nieuwe biographie is in bewerking.
Van de zeer uitgebreide literatuur over hem zij nog vermeld behalve de bibliographische wdb. als Barbier, Brunet, W. Heinsius, van Doorninck, Arrenberg en Abcoude, Ferwerda etc., en Ersch und Gruber: Witsen Geysbeek, Biographisch- Anthologisch en Critisch Wdb. III 319, 320 (Amst. 1822) etc.
Over zijn leven: het grafelijk, notarieel en rechterlijk archief v. Kuilenburg waarin de hier gecit. brieven van Louise Anna v. Wald. (R.A. Arnhem); de bronnen voor de levensgeschiedenis van zijn vader (kol. 559/60); Boekzaal v. Europe 1693, 483; 1729, 356; 1740, 197; 1756, 349; Philanthrope no. 236; V, 107; Vaderl. Letteroef. 1762, 500; 1763, I, 282; J. ten Brink, Dr. Nic. Heinsius Jun. (Rott. 1885, met fantastische niet op eigen onderzoek berustende biographie); J. ten Brink, Zwolsche Herdr. 2de Reeks III/IV, Zwolle z.j. (1896) Inl.; i d., Romans in proza; Elias, De Vroedschap van Amsterdam; F. de Haan, Priangan (Batavia 1910) Personalia 59; Cd. Busken Huet, Het Land van Rembrand; Nederland, Nov. 1884; Navorscher 1857, 194, 291; 1862, 216, 217; Jan de Regt, Mengeldichten en Kluchtsp. (Amst. 1709); E. Wrangel, De Betrekkingen tusschen Zweden en de Nederlanden (Leiden 1901); Die Haghe 1906, 308.
Over H. als litterator: Bulletin du Bibliophile 1857. 214; F.W. Chandler, Romances of Roguery; Jonckbloet, Gesch. Nederl. Letterk. 14. 64; III4, 331; G. Kalff, Gesch. Ned. Letterk.; A. Kippenberg, Robinson in Deutschland (1892); G.D.J. Schotel, Vaderlandsche Volksboeken (Haarlem 1874) II, 84; Schultheisz, Der Schelmenroman der Spanier und seine Nachbildungen (Hamb. 1893); H. Ulrich, Robinson und die Robinsonaden I, Bibliogr. (Weimar 1898); H. Hayn u. Alfr. N. Gotendorf, Bibliotheca Germanorum Erotica & Curiosa I (Münch. 1912) 152; J.v. Vloten, Bloemlezing Nederl. prozasch. (Arnhem 1870) 628; P. de W. van Zon [Bruno Daalberg] Twee en dertig woorden (Amst. 1805) Voorrede 1 noot.
Over H. als medicus: Jh. Hnr. Cohausen, Neo- Thea (Lemgo 1750) 360; Joh. Astruc, l.c.; Haller, Bibl. Med. Pract.; Tijdsch. v. Geneesk. 1892, II, 137; Cat. Maatsch. Geneesk. (1861) 110, 280; suppl. 1867, 40; Index Cat. of the library of the Surgeon-Generals Office U.S. Army (Washington).
Verder nog: P. van Eeghen en J.Ph.v.d. Kellen, Het werk van Jan en Casper Luyken (Amst. 1905) 277, 311, 312, 382 (waardoor thans vervangen J. v.d. Vlugt, Lijst van Werken, waarin door J. en C. Luyken de prenten zijn vervaardigd (Haarlem 1867).
Greebe