populaire uiting. Doch al te dra ontaardt die kracht in grofheid en weerzinwekkende platheid (het ergst wel in zijn kluchten). Wanneer hij naar een hooger genre tracht, waarbij hij zich gemeenlijk een zijner groote voorgangers ten voorbeeld stelt (zoo bootst hij in het verjaarsdicht van Willem III van 1656 Vondel's Geboortclock na, in het herderspel Clorinde en Dambise, Hooft's Granida), dan faalt hij jammerlijk.
Van Soet verschenen: Hedensdaegse Mantel-eer, (1636) (herdrukt in den bundel van 1675); Jochem-Jool, ofte Jalourschen Pekelharingh, (1637); Clorinde en Dambize. Blij- Eynd-Spel ... Ghespeelt op d' Amst. Schouwborg den 14 May 1640; Olimpias, Treurspel. Ghespeelt op de Amst. Schouwb. op Kermis anno 1680; Zabynaja of Vermomde Loosheid, Potsspel uit het Spaens door de E. Heer Gerard Schaep vertaelt en in Nederduitse vairzen, door J. Zoet, Gerijmd (1648); Thimothea (1641); Geestelikke Doorsichten op Cons. Huygens Hailige dagen, beneeven een Kersdagh aan denselfden (1648); De Schoole der Joden, van Buxtorf, door Soet vertaald (1650); Kornelia Bentivogli. Of: Geluckige Ongelucken (1650); Wintersche Avonden of Nederlandsche Vertellingen... door Jacobus Viverius.., Vergadert en beschreven: En nu in al sijn deelen door Jan Soet Verbeterd en Vermeerderd. Met een bijvoeging van 't Geluk en Ongeluk des Houwelikx (tot Utrecht 1650); De adelikke Huisvader van Torquato Tasso met de Verklaringen van den gelaurierden Poët Johan Rist... Uit het Hoog- in 't Nederduitsch vertaalt door Jan Zoet... (1658); 't Leven en bedrijf van Clement Marot. Uit het Fransch in het Nederduytsch vertaalt door Jan Soet. Dezen Laatsten Druk meer als een derden vermeerdert. (Tot Dordrecht ... 1655) (tal van drukken verschenen van dit boekje; jaartal van den eersten mij onbekend; zie: A.J. Barnouw in Tijdschr. v. Ned. Taal- en Lett. XX. 292 vlg.), Ten slotte werd, na 's dichters dood, in 1675 door een
‘Liefhebber der Nederduitsche digtkunst’ een verzameling van zijn kleinere verzen uitgegeven onder den titel d' Uitsteekenste Dightkunstige Werkken door Jan Zoet, Amsterdammer, (1675),(met een portret); hieraan is nog een tooneel- spel: Hel en Heemel toegevoegd. Een tweede druk verscheen in 1714.
Zijn portret is door H. de Mayer in zwartekunst gegraveerd.
Zie: Wagenaar, Amsterdam (fol.). III, 248; J.A. Worp, Jan Vos (ac. prs. 1879) 76 vlg.; C.B. Hylkema, Reformateurs (1900-02) register; Meinsma, Spinoza en zijn kring (1896), vooral 115 en 193; W. Zuidema, Jan Zoet, in Oud-Holland 1905; G. Kalff, Gesch. der Ned. Lett. IV (1909) 460 vlg.; J. te Winkel, Ontwikkelingsgang der Ned. Lett. II (1908) 209 vlgg.
P. Geyl